2011 in het kort 

In 2011 wist het in 2010 behaalde herstel zich te handhaven. Het aantal hotelovernachtingen in Amsterdam steeg gering met 0,2%, terwijl het aantal gasten met 0,7% steeg. Daarmee was het totaalresultaat voor Amsterdam hoger dan enig voorgaand jaar. De buitenlandse hotelovernachtingen stegen meer dan de binnenlandse. Het zakelijk bezoek steeg met 4,7 % met in totaal 3,52 miljoen. De cijfers zijn gebaseerd op de voorlopige resultaten van CBS.

De gemiddelde verblijfsduur is heel  licht afgenomen en ligt op 1,83 nachten per bezoeker.

De Nederlandse markt daalde voor Amsterdam met 9,4% na een kortdurende piek het jaar ervoor (23%). Dit speelde zich het sterks af in de zomermaanden. Binnen de top 10 steeg de Duitse markt voor Amsterdam, samen met andere stijgers de Verenigde Staten, Zwitserland en Australië. Buiten de top 10 staan ook de Scandinavische landen. De grootste procentuele stijgingen vonden echter plaats in overige markten waaronder Oost Europa en Midden- en Zuid-Amerika(+23%). Azië noteerde een groei van 25%.  Zuid Europa daalde. De economische ontwikkelingen laten een duidelijke greep op de ontwikkelingen zien.

Augustus is als vanouds de best bezette maand in aantallen overnachtingen. Maar ook maart, oktober en december scoorden beter dan vorig jaar.

De aankomsten van buitenlandse bezoekers op Schiphol steeg met ruim 11%. Met name in de periode mei-september steeg Schiphol sterker tov het aantal aangekomen gasten in Amsterdam. Dit is te herleiden op vakantievervoer naar de omliggende landen, wetende dat Schiphol een van de Europese  ‘hub's  en zeer goed verbonden is over land met nabijgelegen landen.

Musea en attracties

Met 8,8 miljoen bezoekers is de museale sector in Amsterdam verder gegroeid (+5%). Dit betreft zowel dag- als verblijfsbezoekers. Dit cijfer wordt echter altijd beïnvloed door het aanbod van (bijzondere) tentoonstellingen. April, Juni - augustus en december waren duidelijk zeer goede maanden. Als de ontwikkeling van bezoekers in musea met die in aankomende gasten in de Toeristische Barometer van ATCB worden vergeleken, blijkt duidelijk dat de musea een veel gedemptere trendvolger zijn met minder pieken in april, mei en augustus. Dit is een bekend verschijnsel door de jaren heen.

De attractiesector toonde een nog beter resultaat met 10% groei in 2011 met vrijwel dezelfde pieken als de musea.

Beide sectoren hebben de resultaten van 2007 nog niet geëvenaard. Het veranderde bestedingspatroon als gevolg van de veranderde economische omstandigheden speelt hier zeker een rol in.

2011 in het kort 

In 2011 wist het in 2010 behaalde herstel zich te handhaven. Het aantal hotelovernachtingen in Amsterdam steeg gering met 0,2%, terwijl het aantal gasten met 0,7% steeg. Daarmee was het totaalresultaat voor Amsterdam hoger dan enig voorgaand jaar. De buitenlandse hotelovernachtingen stegen meer dan de binnenlandse. Het zakelijk bezoek steeg met 4,7 % met in totaal 3,52 miljoen. De cijfers zijn gebaseerd op de voorlopige resultaten van CBS.

De gemiddelde verblijfsduur is heel  licht afgenomen en ligt op 1,83 nachten per bezoeker.

De Nederlandse markt daalde voor Amsterdam met 9,4% na een kortdurende piek het jaar ervoor (23%). Dit speelde zich het sterks af in de zomermaanden. Binnen de top 10 steeg de Duitse markt voor Amsterdam, samen met andere stijgers de Verenigde Staten, Zwitserland en Australië. Buiten de top 10 staan ook de Scandinavische landen. De grootste procentuele stijgingen vonden echter plaats in overige markten waaronder Oost Europa en Midden- en Zuid-Amerika(+23%). Azië noteerde een groei van 25%.  Zuid Europa daalde. De economische ontwikkelingen laten een duidelijke greep op de ontwikkelingen zien.

Augustus is als vanouds de best bezette maand in aantallen overnachtingen. Maar ook maart, oktober en december scoorden beter dan vorig jaar.

De aankomsten van buitenlandse bezoekers op Schiphol steeg met ruim 11%. Met name in de periode mei-september steeg Schiphol sterker tov het aantal aangekomen gasten in Amsterdam. Dit is te herleiden op vakantievervoer naar de omliggende landen, wetende dat Schiphol een van de Europese  ‘hub's  en zeer goed verbonden is over land met nabijgelegen landen.

Musea en attracties

Met 8,8 miljoen bezoekers is de museale sector in Amsterdam verder gegroeid (+5%). Dit betreft zowel dag- als verblijfsbezoekers. Dit cijfer wordt echter altijd beïnvloed door het aanbod van (bijzondere) tentoonstellingen. April, Juni - augustus en december waren duidelijk zeer goede maanden. Als de ontwikkeling van bezoekers in musea met die in aankomende gasten in de Toeristische Barometer van ATCB worden vergeleken, blijkt duidelijk dat de musea een veel gedemptere trendvolger zijn met minder pieken in april, mei en augustus. Dit is een bekend verschijnsel door de jaren heen.

De attractiesector toonde een nog beter resultaat met 10% groei in 2011 met vrijwel dezelfde pieken als de musea.

Beide sectoren hebben de resultaten van 2007 nog niet geëvenaard. Het veranderde bestedingspatroon als gevolg van de veranderde economische omstandigheden speelt hier zeker een rol in.

Maand
 Musea
 Attracties
 Schiphol
 Hotel overnachtingen in stad
 Gemiddeld
Januari 1,0% 19,2% 14,8% 3,7% 7,6%
Februari 6,1% 9,6% 9,3% -2,9% 4,2%
Maart 7,9% 16,8% 10,8% -2,4% 5,8%
April -1,7% 8,1% 38,5% 8,0% 12,1%
Mei -7,2% 5,4% 9,1% 1,4% 1,7%
Juni 17,0% 26,5% 16,0% 4,7% 13,3%
Juli 16,8% 19,6% 9,7% 0,5% 9,4%
Augustus 3,2% 3,9% 9,4% -5,7% 2,1%
September -8,2% -4,3% 11,0% -1,2% 0,7%
Oktober 0,5% 0,0% 7,1% -1,7% 1,8%
November 5,8% 4,8% 5,6% -0,2% 3,6%
December 17,6% 25,0% 5,9% 0,3% 8,1%
Totaal 4,4% 10,3% 11,8% 0,2% 5,7%
1e Kwartaal 5,2% 15,2% 11,6% -0,8% 5,8%
2e Kwartaal 1,9% 12,9% 19,3% 4,7% 8,7%
3e Kwartaal 4,5% 7,0% 10,0% -2,3% 4,2%
4e Kwartaal 6,7% 7,8% 6,3% -0,6% 4,1%